Een tamboerijn wordt in het Oudnederlands (vooral in kerstliederen) beltrom genoemd. Een tamboerijn is een lijsttrommel welke bestaat uit een hoepel met waaraan belletjes. Deze hoepel is bespannen met een trommelvel. Wanneer de hoepel niet is voorzien van belletjes spreekt men niet van een tamboerijn maar van een handtrom. Wanneer de hoepel wel is voorzien van belletjes maar niet van een trommelvel spreekt met ook niet van een tamboerijn maar van een schellenkrans, of beatring.

De tamboerijn wordt bewogen of aangeslagen met de hand en is regelmatig te horen en zien in veel Zuid-Europese volksmuziek zoals in Italiƫ, Spanje en Portugal.

Waar het trommelvel van de tamboerijn vroeger vaak gemaakt werd van geitevellen wordt deze tegenwoordig bijna altijd van kunststof gemaakt. Met behulp van spanhaken aan de zijkant van de tamboerijn kan het trommelvel worden aangespannen en strakker en losser worden gespannen. Dit heeft als resultaat dat de tamboerijn zachtere doffe klanken kan maken of harde schelle klanken.

De tamboerijn wordt ook wel pandeiro genoemd. De pandeiro wordt in de Braziliaans sport Capoeira gebruikt als tweede instrument.

Doordat een tamboerijn zowel lage, middel en hoge tonen kan produceren wordt de tamboerijn vaak het meest complete percussie instrument genoemd.

Er zijn veel verschillende manieren om de tamboerijn te bespelen. Zo kan de tamboerijn op een standaard worden gezet en bespeeld worden met drumstokken. Ook kan de tamboerijn in de hand gehouden worden en bespeeld worden door tikjes op de tamboerijn te houden of deze te schudden.

Tamboerijnen komen in veel verschillende vormen voor maar de meest gebruikte versie van de tamboerijn is rond.